Staatssecretaris deelt tussenstand en onderzoeksresultaten vmbo en beroepsonderwijs
De afgelopen maanden verschenen er verschillende onderzoeksrapporten over het vmbo en beroepsonderwijs. Staatssecretaris Becking deelt deze rapporten als voorbereiding op de verkenningsbrief die later dit jaar wordt verstuurd naar de Kamer.
Evaluatie vernieuwing vmbo
Uit de evaluatie van de vmbo-vernieuwing in 2016 blijkt dat er een solide basis is gelegd voor flexibiliteit en samenwerking. Toch blijven er knelpunten bestaan, zoals organiseerbaarheid en regionale afstemming. Het rapport stelt de vraag of er geen algemeen geldende basis voor elke vmbo-leerling zou moeten zijn. Ook wordt gepleit voor verdere flexibilisering van de structuur en het examenstelsel.
Tussentijdse evaluatie van het experiment PIE/BWI
Een lopend experiment met de programma’s Produceren, Installeren en Energie (PIE) en Bouwen, Wonen en Interieur (BWI) toont aan dat scholen enthousiast zijn over de grotere vrijheid in het vormgeven van onderwijs. Leerlingen zijn gemotiveerder, maar de samenwerking met het mbo en de aanpak van leerlingendaling vragen nog aandacht.
Flexibilisering centraal schriftelijk en praktisch examen
Het CvTE heeft in opdracht van OCW twee onderzoeken uitgezet naar de flexibilisering en inhoud van het centraal schriftelijk en praktisch examen (cspe). Daaruit komt dat er behoefte is aan flexibelere afnamemomenten. Daarnaast zijn er adviezen geformuleerd over het versimpelen van regeldruk en tegelijk uniform beoordelen van leerlingen.
Verlengd vmbo en praktijkgerichte programma’s (pgp’s)
Een inventarisatie van Stichting Platforms Vmbo (SPV) toont aan dat er geen wetenschappelijke onderbouwing is voor hogere leeropbrengsten, inlopen van achterstanden, tegengaan kansenongelijkheid of minder uitval op het mbo bij een vijfjarig vmbo. SPV pleit op basis van het onderzoek voor maatwerk en flexibiliteit in het vmbo, zodat alle leerlingen een passende doorlopende leerroute kunnen volgen.
Uit de derde deelrapportage van de monitor pilot praktijkgerichte programma’s blijkt dat er bij scholen veel enthousiasme is om het praktijkgerichte vak aan te bieden in het vmbo. Dat is ook terug te zien in het aantal subsidieaanvragen na de pilot. Wel is nog verdere ontwikkeling van het vak nodig.
Techniekonderwijs, beroepshavo en onderzoek stages
Het programma Sterk Techniekonderwijs (STO) heeft geleid tot een landelijk netwerk van vmbo-scholen met techniekprofielen. Hoewel het aanbod is versterkt, constateert het onderzoek dat dit op lange termijn niet voldoende is.
Daarnaast is heeft Inspectie van het Onderwijs 18 scholen onder de loep genomen om onderzoeken hoe zij zorgen voor een goede kwaliteit van stages in het voortgezet onderwijs.
Tot slot is er een verkennend onderzoek gedaan naar de beroepshavo. Hieruit blijkt dat de opkomst van deze route niet samenhangt met het aantal ongediplomeerde havisten in het mbo. Verdere studie naar deze groep wordt aanbevolen.
Verkenningsbrief volgt eind 2025
De staatssecretaris benadrukt dat deze rapporten de basis vormen voor de verkenningsbrief die eind dit jaar wordt verwacht. Daarmee wordt ook voldaan aan de toezegging over de monitoring van praktijkgerichte programma’s.
Vmbo
De grote behoefte aan goede vakmensen, alsook het streven om het beste uit leerlingen te halen, vragen om een sterk vmbo. Zowel door de vo-sector als politiek zijn en worden…
Examinering en toetsing
Scholen hebben de belangrijke verantwoordelijkheid te zorgen voor een goede, procedureel zuivere organisatie van de school- en centrale examens (samen het eindexamen), zodat leerlingen een diploma kunnen halen waarvan de…
